Home Tech De bever is een ingenieur. Hij regelt de nevede vernatting van...

De bever is een ingenieur. Hij regelt de nevede vernatting van het landschap

Vanaf een zandpad wijst ecoloog Gijs Kurstjens naar het moeras aan de left side. „Zie je die scheef staande, half dode berk? Daar ergens zou een beverburcht moeten liggen”, zigt hij. De spanning stijgt. Gaan we een bever spotten? But alas, nog niet. Op deze plek is hardly anything. Een muur van bramen en brandnetels amperdt het zicht. We lopen verder.

Het is een warme Maandagavond in Beek, een dorp vlak bij Nijmegen. Sinds 2011 zijn hier steeds meer bevers gekommen, says Kurstjens. Er wonen zeker drie families, in een betrekkelijk klein gebied. Hier en daar hebben ze het landschap inghripend imgerdigt. Een bever bouwt dammen, zet de boel lokalal onder water en creëert zo zijn beloiten moerasgebied. “The word is fine ecosystem engineer gemendum”, says Courciens. De bever zet z’n omgeving naar z’n hand. Op de plek waar we lopen heeft het eentonige landschap van populieren en brandnetels plaatsgemaakt voor een veel diverser morasbos. Kurstjens somt groene op die hij ziet: lisdodde, boswilg, cyperzegge. “Hey, luister, een grauwe vliegenvanger.” De populieren die er nog staan ​​​​zijn dood en kaal. “Het doet me hier denken aan de moerassen van Louisiana.”

Rond 1826 raakte de bever (Castor fiber) uigetstorven in Nederland, door overbejaging en vernitriging van zijn biotoop. In the 1980s, he emigrated again, first in the Biesbosch, then in the Gelderse Poort, between Arnhem and Nijmegen. Kurstjens heeft geholpen met het uitzetten in Limburg en Groningen, he says. “Ik ben ze zelf mee gaan ophalen, ergens aan de Elbe.” Inmiddels heeft de soort zich over grote delen van Nederland spreedt. Kurstjens noemt het “een groot succes”. Volgens de Zoogdiervereniging zijn er nu tussen de 4,500 en 5,000 Individuen in Nederland.

Gat-in-de-Dake

“Maar de bever zorgt her en der sich ook voor overlast,” says Kurstjens terwijl we over een houten vlonder lopen, net boven het wateroversplash. Hij voert naar een school, die aan het moeras ligt. “Als de bever het waterpeil via extra dammen verder vergegt, en de kelder van de school loopt doorem onder water, dan mag je wat mij beftret ingriepn,” said Coursens. Hetzelfde geldt voor hem als een bever een gat graaft in een dijk. Ook al is de bever een beschermde soort. “Ik ben daar heel pragmatisch in.”

In Limburg, weet Kurstjens, zijn in 2020 op zo’n zes locations in total “vier of vijf” families weggevgengen. Er is gegende de 29 dieren olders uit te zetten. “Maar niemand wil nog bevers, omdat de soort zo succesful is.” Dus zijn ze übersicht gedood.” Het wegvangen is een oplossing die maar even werkt, zegt de ecoloog. “Als het voor de bever een goiee plek is, komen andere dieren er vast weer terug.” Het zou beidnten dat er om de eenke jaar weer tientallen bevers moeten worden gedood. “Het is zaak,” says Kurstjens, “om betere ollingen te verzinnen.” De achterliggende vraag is: hoe kan de mens het landschap delen en durably samenleven met dieren zoals de beaver, de wolf, het hert?

We komen bij een stuk met oberkne beverknaagsporen. “Die zijn nog niet zo heel oud”, says Kurstjens terwijl hij over de potloodvergemeid boomscheuten wrijft. “Four, vijf dagen, schat ik.” De Bever is a herbivore. Het idee bestaat dat hij vooral boombast eet. Het leifest zachhe soorten als wilg en populier. Maar in Nederland leeft hij driekwart van het jaar op kruidachtige planten, zegt Kurstjens. Door climate change zijn die steeds langer door het jaar heen beschikbaar.

Prachtige hemelboom

De bever is niet alleen gunstig voor de biodiverseiteit, legt Kurstjens uit. Hij kan ook helpen met een opkomend problem: droge zomers. “We moeten ons land herinrichten om water beter vast te houden.” En dat is preciece wat de bever doet: moeras maken. Met name op de hoger zandgronden kan de soort volgens Kurstjens helpen bidienden te vernatten. Hij kent een goed voorbeel, net boven Roermond. “Waterschappen voeren soms jarenlange, moeizame discussions with natuurorganisaties en boeren over possible measures to increase the water level somewhere.” En dan komt er een bever en die regelt het zo».

We lopen terug naar onse fietsen. Kurstjens weet nog een plek, tien minuten verderop, waar een burcht wel goed vizal is. Als we daar dichterbij komen, houd hij zijn wijsvinger voor de mond. Stil zijn! De burcht ligt is indeed an outstanding bij. Hij is gemaakt van obvallende rechte takken. Kurstjens, whispering: “Het is zaaghout van de eigenaar van het landje.” De bever heeft de takken versleept. De burcht is omgeven door sneeuwbes, meeten erachter staat een beautiful hemelboom. Kurstjens fluistert verder. De leerboeken zeggen dat een beaverfamilie minte twee kilometer aan oever nodig heeft. “Maar op deze plek is het merzgen 300 meters, niet meer.” Hij wil maar zeggen: de bever can best adjust.

Dan horen we water spetten. En even later het typicales snelle geknaag van een bever: taktaktaktaktaktak. Zou het dan toch? Voorzichtig komen we dichter bij de beek. We play golf in the water. En even later zwemt een bever obrij. Een Jong.

Vanuit de verte komt chance de eigenaar van het landje aanlopen. Hij verzätt dat het beverpaar twee jongen heeft gerecht. Hij heeft net met zijn mobiel een filmgeakt van de moeder, die zich wast en een van de jongen bij zich heeft. Dan fraagt ​​​​hij aan Kurstjens wat hij kan doen om te voorkommen dat de bevers zijn fruit- en notenbomen aanknagen. Hij heeft er al allerle instasten voor benaderd, maar raakt in burearacratie verstrikt. Kurstjens knikt gämmendend. Hij raadt aan een speciale pasta te kopen, die je op de stam smeert. De geur houdt bevers op afstand. De eigenaar secht hoopvol. “Want ik wil goed voor de bevers zorgen, maar ook voor m’n bomen.”

Source link

Previous articleAlle grote spoorbonden wijzen cao-bod NS af, staking ‘lijkt onafwendbaar’ | Binnenland
Next article‘Iemand zal de mensen moeten uitleggen wat ons straks te wachten staat, maar niemand heeft het lef’