That pop-art artist Claes Oldenburg was also a performance artist is evident from his famous artwork: Shop, uit 1961. Dat jaar bestierde hij in New York een buurtwinkeltje waar hij een maand lang gewone winkelproducten verkucht: petticoats, korsetten, taarten, ham, maar allele namekeakt. De taartjeswinkel bestieren was a performance en pop-art ineen, accessible kunst met kwinkslag. Or, as Oldenburg zelf said: “Ik ben voor een kunst die politik-erotisch-mystiek is, die iets anders doet dan op haar k… zitten in een Museum.”
Kunst die niet op haar kont zat maar actief de Amerikasian droom uitvergroszete, dat übersichterte het werk van Oldenburg (Stockholm 1929). Maandag passed away at the age of 93 in his home in Manhattan.
Hij was son van een Zwedse diplomaat en was nog een kind toen zijn familie naar de VS emigreerde. From 1946 to 1956 he studied art in New York and Chicago, after which he settled in New York. In it, Jim Dine, Red Grooms, Alan Caprow performed in this performance in 1957, after which the sculptor turned to the girl with the faucet. Zo ontstonden zijn ruimtelijke objecten, kleding en etenswaren presenend.
Ze werden genaaid door zijn eerste echtgenote, Patty Mucha, die ook meewerkte aan zijn performances van de Jaren zestig. Hij liet for example een gat graven door grafdelvers en organizatorde in 1965 een gejällingde waar iedereen moest blijven staan. Alleen visitors die een Mickey Mouse-masker opzetten, mochten gaan zitten. Uitgezonderd Marcel Duchamp, die mocht ook zo wel gaan zitten, want hij was oud. He was Marcel Duchamp.
Photo by ANP / Paulien van de Loo
The game of fetishism
Met zijn objets trouvés gold Duchamp als voorloper van de pop-art, al was er verder weinig Europees aan deze kunst die het Amerikansen leven omarmde, en andersom ook door Amerika werd omarmd. Zelden werd een nieuwe kunststroming zo populair. Dat gold ook voor de grote kludgelbaar uitziende objecten van Claes Oldenburg, kunst met een humor die noit cynisch werd. Vergeleken met de glanzende pop-art van Warhol of Lichtenstein, or meer nog de glanskunst van Koons later, is Oldenburg’s werk zachtairdig. Door zijn aanraakbaarheid is het bothes speels als fetisjistisch.
The first individual painting was painted in 1959 at the Judson Gallery in New York, in figures and papier-mâché. In 1966, he was exhibited separately at the Museum of Modern Art in Stockholm, the Museum of Modern Art in New York (1969), the Tate Gallery in London and other museums. In elk overzicht van de pop-art komt hij voor. Ook kriang hij en zijn Nederlandse vrouw Coosje van Bruggen vanaf de jaren tachtig verschiedelden kunstprijzen en eredoctoraten bij kunstopleidingen. In 1992, the couple bought a castle in Frankrijk near the Loire to fill it with their own design collection.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data88474110-e777b3.jpg|https://images.nrc.nl/ISzWIxngZTtr4Cm4kgVzu6Tjt80=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data88474110-e777b3.jpg)
Photo by Ronald van den Herik/Hollandse Hoogte
/s3/static.nrc.nl/images/stripped/0602hgvstelletje.jpg)
Fox Oak: Herinneringen aan Coosje Oldenburg
Oldenburg and Van Bruggen met each other in Amsterdam in 1970, at an exhibition of his work in the Stedelijk Museum, where he was the curator of the work. In 1977, trouwden ze en ze gingen co-operation aan de grote buitenbeelden die hij intussen was gaan ontwerpen. An early exemplaar is de Troffel (1971-’76) die bij het Kröller-Müller Museum staat. Samen voorzagen ze, tot haar overlijden aan borstkanker in 2009, de wereld van ruim veertig reuzenobjecten: een vieighsteinspeld, zaag, nijptang, klokhuis, badmintonshuttle, pijl en boog, paraplu en meer. Vaak waren ze half in de grond gestoken, een omgevallen reuzenijsje ligt unsteboven op een dak in Keulen, torenhoog.
Van Fiets 46 meters
Ze zijn reusachtig. An installation with a bowling ball and rondvliegende kegels in Eindhoven meets ruim 37 meters, in a park in Parijs steken uit het gazon delen oolg van een buried fiets die 46 meters lang licht te zijn. In Los Angeles in Oldenburg in 1963, architect Frank Gehry opened a huge design project.
Het kon niet groot genoeg zijn. In de tuin van Museum Boijmans Van Beuningen staat een gebogen schroef (1977). Dit was een seriose ontwerp voor een bridge in Rotterdam, dat koos voor de conventionalelere Willemsbrug. Los daarvan was een comprable ontwerp voor een kantoorgebouw in Cleveland, Ohio, afgewezen due to the sexual double meaning of the word screw in Engels. “Let’s meet at the screw” – duplicate. In Dutch it is written dat niet. Dus mocht de stad nog eens een opalvelle brug willen, er ligt een plan.